Dit artikel beschrijft de grondtypen die worden gebruikt in de beschrijving van bodemprofielen binnen de Europese ISO 14688-norm. In Nederland wordt deze norm gebruikt met kleine aanpassingen en staat bekend als de NEN-EN-ISO-14688.

Bodem in fracties

Binnen de ISO14688 bestaat de grond uit verschillende fracties. De primaire fractie (die het meest voorkomende bodemtype is binnen de huidige bodemlaag) en mogelijke secundaire of zelfs tertiaire fracties.

Bodem types

Het onderscheid tussen grondsoorten wordt bijna volledig beslist door de korrelgrootte van de afzonderlijke deeltjes in de bodem voor alle niet-organische bestanddelen. Het organische bodemtype hangt af van het niveau van ontbinding van de bodem. De ISO 14688 bevat de volgende bodemtypen:

Bodem categorieBodem typeKorrelgrootte
Zeer groffe bodemBlokken>630 mm
 Keien200 - 630 mm
 Keitjes63 - 200 mm
Groffe bodemGrind2 - 63 mm
 Zand0,063 - 2 mm
Fijne bodemSilt0,002 - 0,063 mm
 Klei<0,002
Organische bodemVeenN/a
 GyttjaN/a
 Teelaarde of HumusN/a

Deze individuele bodemtypes worden meer diepgaand beschreven op hun eigen respectieve pagina's; U kunt op een Bodemtype in de tabel klikken om naar de juiste pagina te navigeren, die een kort overzicht en afbeelding bevat.

Gradaties

Van zand en grind, de gradaties kunnen ook worden omschreven, deze komen in drie categorieën: fijn, medium en grof. Deze gradaties bestaan ook voor Silt, maar dit is te klein om met de hand te worden bepaald en moet binnen een laboratorium worden gedaan, indien beschreven.

Example descriptions

De hoofdfractie wordt gegeven als een zelfstandig naamwoord, terwijl de secundaire en tertiaire fracties worden gegeven als bijvoeglijke naamwoorden of toegevoegd na de hoofdfractie in een 'met x'-verklaring. Enkele voorbeelden zijn:

-Zandig grind

-grof zandig fijn grind

-matig zandig silt

-fijn grindig siltig grof zand

Referenties

  • ISO 14688
Tags:
 
TerraIndex
asd